Salt - Reisverslag uit Uyuni, Bolivia van M. S. - WaarBenJij.nu Salt - Reisverslag uit Uyuni, Bolivia van M. S. - WaarBenJij.nu

Salt

Door: Makram

Blijf op de hoogte en volg M.

17 November 2009 | Bolivia, Uyuni

De busrit naar Santa Cruz verloopt helaas niet vlekkenloos en we komen rond 05.00uur stil te staan langs de kant van de weg. Na twee uur proberen krijgt de chauffeur de bus toch weer aan de praat en zijn we evengoed rond 08.00uur in Santa Cruz. In Santa Cruz doen we verder erg rustig aan, aangezien ik nog steeds geen solide ontlasting heb. We gaan naar de bios en de volgende ochtend, hebben we nog even tijd om te bowlen voordat we naar Sucre vertrekken. Het lijkt erop dat ik een keer niet van Tom ga winnen met een spel, maar zorg er wel voor dat we uiteindelijk gelijk komen te staan; we winnen beide 2 potjes. Ik gebruik het excuus dat ik met twee verschillende armen gooide, maar ik weet zelf ook dat het bij mij vrij weinig uitmaakt met welke arm ik gooi. Ik weet Tom echter niet te overtuigen met dit excuus en hij antwoordt stug dat ik zelf moet weten met welke arm ik gooi. De busrit naar Sucre, de hoofdstad van Bolivië, is een lange. We vertrekken om 17.00uur en komen de volgende ochtend rond 08.30uur aan. We stappen in een taxi en vragen hem om ons naar het centrum te brengen en of hij ons een hostel kan aanraden. Op dat moment krijgt Tom een foldertje in zijn hand gedrukt en verteld de man dat hij alle tours voor ongeveer de helft van de prijs kan aanbieden. De taxi begint te rijden en als we aankomen bij hostel Bicentenario, een zeer aangenaam en relaxt hostel, stel ik voor om het reisbureau van de man zijn folder te zoeken. Op de folder staat wel een straat, maar geen huisnummer, en na wat rondvragen blijkt zijn reisbureau niet te bestaan. Toch geloof ik nog in de oprechtheid van deze man en we besluiten het nummer op de folder te bellen. We weten een uur later af te spreken in ons hostel en we boeken vervolgens tours voor de komende twee dagen. De man stelt zich voor als Alex en komt enthousiast, maar een beetje gehaast over. Het lijkt erop dat hij nog niet zo lang in deze bussiness zit, maar ik zie aan hem dat hij ons niet probeert te belazeren. We willen morgen gaan motorrijden, maar omdat Tom nog nooit op een motor heeft gezeten, stelt Alex een gratis uurtje rijles voor vanavond om 19.00uur. Als we om 19.00uur aankomen op de afgesproken plek staat hij ons op te wachten met zijn vriend ‘Sergio’, de man van de motors. Het uurtje les wordt verschoven naar morgenochtend, omdat Sergio nog een bruiloft heeft vanavond. We worden wel meegenomen naar het huis van Sergio, waar hij ons ook de motors laat zien om ons vertrouwen te winnen. Het lijkt er bijna op dat deze man te veel zijn best doet om vertrouwen te winnen, maar ik schrijf dat toe aan beginnersspanning. We gaan akkoord en betalen Alex al een klein deel van het te betalen bedrag. Opvallend is ook hoe Alex zijn zwangere vrouw overal mee naar toe sleept, maar haar verder erg op de achtergrond laat.
We moeten om 09.00uur voor het huis van Sergio zijn, zoals afgesproken. Wij zijn uiteraard tien minuten eerder, maar als we aanbellen wordt er niet open gedaan. Precies om 09.00uur gaat dan toch de poort open en heet Sergio ons hartelijk welkom. Hij pakt een van de motoren en we gaan naar een nabij gelegen parkje. Tom krijgt hier zijn eerste motorrijles, en nadat de motor eerst een paar keer afslaat, krijgt hij hem toch zover om een rustig rondje te rijden in het park. Ik praat rustig met Sergio over koetjes en kalfjes, terwijl Tom een half uur lang met een matige snelheid om de 5 minuten langs komt rijden. Sergio is overtuigd en denkt dat Tom wel klaar is voor de weg. We lopen terug naar zijn huis, waar ik een andere crossmotor in mijn handen gedrukt krijg. De helm die ik erbij krijg is veel te groot, maar ik zet hem toch maar op. We rijden vrij snel de stad uit en verlaten de geasfalteerde weg voor een zandweg. Sergio rijdt voorop, als tweede gevolgd door Tom en ik als derde. Met een beetje respect kijk naar hoe Tom het motorrijden oppikt en ik ben uiteraard blij dat hij ons niet op gaat houden. Het lijkt er echter op dat ik te vroeg ben gaan juichen, want na een klein half uurtje rijden zie ik tom ineens over een rare zandheuvel zijn kant van de weg verlaten en enkele seconden later ligt hij op de grond en moet ik mijn best doen om hem nog te ontwijken. Ik kom snel tot stilstand en zie hoe hij aan het worstelen is om onder de motor vandaan te komen. Op dat moment komt ook Sergio een kijkje nemen en we helpen hem overeind (ik sta vooral te kijken en te lachen). Het lijkt erop dat er niet veel schade is, bij Tom slechts wat schaafwonden en wat last van zijn been. Bij de motor is alleen een deel van het schakelpedaal afgebroken, maar volgens Sergio valt dat wel te lassen en is het nog steeds mogelijk voor Tom om door te rijden op de motor. We vervolgen de rit, met een iets lager tempo door een schitterend berggebied, met veel scherpe bochten. Op een gegeven moment komen we tot stilstand bij een rivier, die we met de motor over moeten steken. Tom heeft er echter niet zoveel vertrouwen in dat hij deze rivier droog over zal komen en vreest voor verdere schade aan de motor. Onwaarschijnlijk maar waar heeft Sergio er meer vertrouwen in en hij legt Tom uit hoe hij deze rivier over kan komen. Eerst doet hij een keer voor. Daarna ga ik zonder problemen de rivier over en ik zie dat ook Tom het zonder problemen (op een paar natte voeten na) heeft gered. We rijden langs een stuk waar de eerste twee motors een paar honden hebben geallarmeerd, waardoor ik als derde in de rij zie hoe die nare beesten nog akelig dicht bij me in de buurt komen. Ik geef iets meer gas en ga Tom zo voorbij, die nog niks in de gaten heeft. Gelukkig zijn honden niet geïnteresseerd in Tom, waardoor ze hun achtervolging staken. Na ongeveer 4 uur rijden komen we terug in Sucre en bedanken we Sergio voor zijn relaxte houding en natuurlijk voor de mooie tocht. We lopen wat verstrooid langs wat souvernierwinkeltjes als er vanuit een busje wat naar me geroepen wordt. Ik kijk om en zie dat het de drie Boliviaanse dames zijn die naast ons in de bus zaten, maar waar gister, tijdens de lange busrit eigenlijk niet echt wat mee hebben gedeeld. Ik zwaai terug en we kijken rustig verder. Nog geen 2 minuten later staan de dames echter achter ons en vragen ze ons of we meegaan naar een kasteel in de buurt van Sucre. Aangezien Tom en ik toch geen betere dagbesteding hebben, besluiten we mee te gaan. Het zeer matige kasteel blijkt een replica van een kasteel in Versaille te zijn, maar is nog niet af, en wekt allerminst mijn interesse. Als we terug zijn in het centrum van Sucre nemen we afscheid, om de rest van de middag nog even bij te slapen. Als we wakker worden nemen we weer contact op met Alex, om morgen te gaan rotsklimmen.
’s Morgens ontmoeten we zijn vriend ‘Mike’, die ons zal gaan begeleiden met rotsklimmen. Alex loopt nog even naar zijn vrouw die iets verderop op een bankje zit , om ons lunchpakket bij haar te halen. Het lijkt er verdacht veel op dat hij haar een klap in het gezicht geeft om onduidelijke reden, om vervolgens weer met een lach op zijn gezicht naar ons toe te lopen. Ik twijfel aan wat ik heb gezien, maar besluit hem er niet mee lastig te vallen. We nemen eerst een taxi naar een plek iets buiten de stad. Hiervandaan lopen we een klein stukje naar een stijle wand van 26 meter hoog. Nadat Mike het touw bovenaan heeft bevestigd, is Tom de eerste die een route naar boven mag proberen. Hij red het, op wat kreungeluiden na, zonder te klagen of te vallen naar de top. Ik ben zelf niet zo enthousiast over het rotsklimmen, voel me iets verzwakt door aanhoudende diaree, maar besluit het toch een kans te geven, aangzien ik hier nu ook zit met een klimgordel aan. De eerste 3 meter kom ik met alle moeite en kracht omhoog, maar voel me daar al langzaam wegglippen. Na een paar keer vloeken en teksten te herhalen dat ik het niet ga redden en dat ik wil stoppen, weet Tom mij toch te motiveren om door te gaan. Hij legt mij uit dat ik met mijn negatieve houding ook niet boven ga komen en dat ik mezelf alleen maar demotiveer. Ik weet dat de psyche een grote rol speelt in fysieke prestaties en geef hem (natuurlijk niet hardop) gelijk. Ik herpak mezelf en kom uiteindelijk met nog een keer vallen ook boven. Als ik beneden kom ben ik tevreden over mijn prestatie, maar ik zie mezelf niet nog een route klimmen. Tom is echter een stuk actiever en gaat voor de tweede route. Ik zie hem de eerste meter erg struggelen en veel energie verspillen. Hierdoor moet hij het na een half uur proberen opgeven op slechts 4 meter hoogte. Mike verteld me dat deze route eigenlijk niet zo heel moeilijk is en ik durf het dan toch nog een kans te geven. Het lijkt me deze keer echter makkelijker af te gaan, aangezien ik goed heb gekeken (bij Tom) hoe het níet moet. Ik glip nog een paar keer weg, maar kom uiteindeljk zo’n 8 meter onder de top bij een deel waar het bijna onmogelijk is om je ergens aan vast te grijpen. Ik heb de spirit te pakken en weet toch via een (wat later blijkt bijna onmogelijke) weg naar boven te komen. Ik krijg een applausje van Mike en Tom en laat me weer afzakken. Aangezien Tom zich niet bij deze nederlaag wil neerleggen, besluit hij dezelfde route nog eens te proberen. Hij komt erg ver, maar bij het (wat nu blijkt bijna onmogelijke) stukje komt hij toch niet verder. Hij weet echter een andere route te vinden en zo toch de top te halen. Ik vind het mooie geweest en we gaan terug naar het centrum om iets te eten. Het lijkt erop dat na 6 dagen mijn stoelgang weer iets verbeterd. We doen de rest van de dag nog wel rustig aan.
Als we wakker worden nemen we een taxi naar het busstation om daar een bus naar Potosi nemen, de hoogstgelegen stad ter wereld (4060m). We komen laat in de middag aan en laten ons naar het plaza de armas brengen. Hiervandaan lopen we een willekeurige straat in en vinden zo een heel relaxt hostel ‘Carlos V’. Op zoek naar een eettent lopen we een karoake/restaurant binnen; wat wil je nog meer! We maken een hek open en horen veel geluid van de tweede verdieping, dus lopen we de trap op. Zodra ik een stap in de ruimte zet, zie ik dat de voetbalkantine van Hauwert ’65 op zondagmiddag na een gelijkspel, verloren of gewonnen wedstrijd, niks is vergeleken met wat ik hier aantref. Ik zie de ene Boliviaan nog meer bezopen dan de andere met nog maar een biertje (of sterke fles drank) in zijn of haar hand. Sommige slapen zelfs met nog een koude rakker in hun hand. We worden naar binnen getrokken door een man die meteen zijn afschuwlijk lelijke vrouw trots aan ons voorstelt - misschien helpt een beetje drank dan toch om dingen in het leven te waarderen?! Nog trotser laat hij al zijn pasjes in zijn portemonee zien en zo kom ik erachter dat hij door het leven gaat als Juan (niet de Don) en dat hij een administratiebaan heeft bij het leger. Tom krijgt nog een slok sterke drank van hem, waarna we hem bedanken voor zijn gastvrijheid en er vandoor gaan. Op de weg naar beneden zien we een Boliviaanse man zijn vrouw (ruim 100 kilo), die op de trap is gaan zitten, vooruit te trekken. Het lijkt erop dat hij meer moeite heeft dan iemand met een koppige ezel. Tree voor tree wordt ze naar beneden geduwd. Gelukkig vinden we vrij snel een ander restaurantje, waar we matig wat te eten krijgen. Terug in het hostel kruip ik even achter de gezamelijke t.v. om de populaire serie ‘Two and a half man’ te kijken. Op het moment dat deze show gaat beginnen komt een fransman binnen met een stapeltje dvd’s en hij vraagt mij of ik niet liever een film wil kijken. Ik, als filmliefhebber stem uiteraard in, totdat hij de keus heeft gemaakt voor de film ‘The violin that strikes’, over het leven van Anatevka. Ik verlaat de kamer zonder iets te zeggen…
Potosi staat bekend om haar mijnen en wij hebben dan ook een tour geboekt om deze te bezoeken. We worden op 09.00uur opgehaald bij het hostel en vertrekken met een oud busje richting een plek om onze schoenen om te wisselen voor laarzen en we krijgen daarbij een helm en een soort regenpak. We lopen naar een winkeltje en onze gids verteld dat de mijnwerkers het waarderen om cadeautje te krijgen in de vorm van Cocabladeren en drinken. De coca zorgt samen met een as voor een verdovend middel in de mond en werkt tegen hoofdpijn en zorgt ervoor dat ze ‘geen’ pijn voelen. Tom en ik kopen beiden een fles drinken en wat cocabladeren. Aangezien ik ook snel hoofdpijn krijg boven de 4000 meter besluit ik zelf ook op wat cocabladeren te kauwen. Daarnaast verkopen ze in dit winkeltje ook dynamietstaven in een mooi pakketje met nitraat en een lont + onsteker. Doe daar ook maar twee van! We rijden verder naar de hoogste berg die je kunt zien vanaf potosi, waar de mijnen zich in bevinden. Op dat moment krijgen we te horen dat de gids een van de dynamietstaven mag afsteken en dat we de ander cadeau kunnen geven aan een van de mijnwerkers. Ik zie de teleurstelling een beetje in Tom zijn ogen, maar zonder moeite geeft hij het dynamiet aan onze gids. Dan is het eindelijk zover om daadwerkelijk de mijn in te gaan. Onze hoofdlamp wordt nog even bevestigd en we lopen half gebukt door de eerste gang. Ik zie al vrij snel mijnwerkers langslopen met een karretje vol met zilver, zink, tin en pyriet. Iedereen die wel eens een film of documentaire heeft gezien en denkt dat de omstandigheden heel onmenselijk zijn, kan ik nu bevestiging geven dat dit ook echt zo is. We komen aan bij een beeld van de duivel ‘tio Georg (uncle Georg)’, met een enorme penis, die aanboden wordt in de mijnen. Het verhaal gaat dat deze duivel heerst over de onderwereld/de mijnen. De mijners steken een sigaret in de mond van dit beeld om hem te eren en gieten vervolgens 96% alcohol over zijn lichaam en zijn penis. Daarna nemen ze zelf een slok gevolgd door een luid ‘aaaw’ geluid, om te laten zien dat ze macho zijn. Ik doe even mijn mondkapje af omdat het vrij warm is, maar merk dat bij mijn eerste ademhaling mijn mond en longen gevuld worden met stof. Dit schijnt echter niet het gevaarlijkste te zijn, want het schijnt dat de mijnen ook gevuld zijn met asbest. We lopen 2 km door de smalle gangen en komen bij een plek waar een vader met zijn twee zoons aan het werk is. Ik mag kijken in het benauwde kleine hol en zie en jongen van 13 samen met zijn broer van 18 jaar met een stalen pijp een gat in de muur aan het slaan. Ik geef ze de fles drinken die ik heb gekocht en hoor van onze vrouwelijke gids dat ik het niet aan hen moet geven, aangezien er nog meer mijners zijn; te laat! Haha.. ik bepaal zelf wel aan wie ik mijn fles drinken geef en ik had zo het idee dat deze jongens het hard nodig hadden. Nadat we in nog een hol gekropen zijn mag Tom ook even proberen om een gat in de muur te slaan. Er worden gaten geslagen, om daar vervolgens dynamiet in te plaatsen en een stukje verder te komen. Een andere mijnwerker heeft vlakbij net een dynamiet af laten gaan en een groot gebied van de mijn vult zich met een hete stofwolk. Na ongeveer 2 uur in de mijn te hebben rondgelopen komen we buiten en moeten mijn ogen weer wennen aan het daglicht. Onze gids wil ons dan toch nog verassen met een mooie explosie en laat mij zelfs nog even het dynamiet vasthouden terwijl de lont langzaam opbrandt (duurt in totaal 2 minuten). Een keiharde knal, maar omdat hij op een vlak gebied wordt afgestoken zie je geen gekke stukken de lucht in vliegen. We rijden terug in het oude busje en ik verbaas mij nog steeds over deze manier van leven en dat sommige mensen gewoon geen andere keus hebben dan te werken in de mijn (in totaal 10.000 in de mijnen van Potosi). Terug in het hostel doen we even rustig aan, omdat ik weer wat last heb van hoofdpijn. We worden vergezeld door nota bene een Israëlier ‘Or’, die anders lijkt te zijn dan het stereotype wat ik eerder heb beschreven. Aangezien wij niet doen aan vooroordelen (haha) geven we hem een kans en blijkt het een grappige gezellige man te zijn van 30 jaar. We gaan ’s avonds zelfs iets eten met deze Israëlier en hij besluit de volgende dag met ons naar Uyuni te reizen.
Na 7,5uur in een oude bus, maar met een mooi uitzicht komen we aan in Uyuni. Uyuni staat bekend om haar Salar, de grootste zoutvlakte ter wereld. We delen een kamer met onze nieuwe vriend Or en gaan vervolgens ergens wat eten. Na het eten boeken we meteen een tour voor morgen. Bij het eerste reisbureau komt het vrouwtje niet echt betrouwbaar over en zo lopen we verder naar een ander. Hier heb ik een beter gevoel bij, maar toch stel ik haar de vraag of ze aan het liegen is tegen ons, waarop zij antwoord dat ze niet zou weten waarom ze zou liegen tegen mij. Ik ga uit van het goede van de mens en zeg tegen Tom en Or dat we wel bij deze vrouw een tour kunnen boeken voor drie dagen. We informeren ook naar de snelste weg naar Argentinië, aangezien Tom nog zeker wat tijd daar wil spenderen en hij zijn terugvlucht steeds dichterbij ziet komen. De vrouw adviseert ons terug te komen naar Uyuni en vanaf hier de trein te pakken naar Villazon, een plaats aan de grens met Argentinië. We betalen uiteindelijk niet veel, maar de volgende ochtend wordt ook wel duidelijk dat we daar ook niet heel veel voor krijgen. Een oude jeep wordt voorgereden en voordat we instappen merkt Tom op dat de rechterachterband zo versleten is dat er geen profiel meer te bekennen is. Het is vandaag lekker warm, maar op het moment dat we het raam achterin open willen doen, vertelt onze gids Juan, die overigens niet veel zegt, dat de ramen achterin niet meer open kunnen. Zelf laat hij zijn raam stug dicht, aangezien hij geen last wil hebben van een beetje stof dat opwaait. We maken kennis met onze andere groepsgenoten; een Duits stel ‘Andries en Fredericke’ en een Colombiaanse dame ‘Omaira’. Als eerst rijden we naar een kerkhof van treinen, waar we een kwartier de tijd krijgen om deze te bezichtigen en uiteraard even te beklimmen. Als we doorrijden komen we ineen klein dorpje, waar eigenlijk alles wel van zout is (souveniers, maar ook de huisjes). Ik zie Tom zijn gezicht vertrekken en weet dat hij het gevoel heeft weer een toeristenval te zijn gestapt. Na een zeer matige lunch rijden we verder de zoutvlakte op, die in eerste instantie meer bruin dan wit lijkt te zijn. Toch komen we even later ook op een wittere vlakte met een klein ‘eilandje’ met gigantische cactussen erop. We mogen voor 15 bolivianos even rondlopen op het eilandje en daarna krijgen we de mogelijkheid om wat leuke optische illusie fotos te maken op de zoutvlakte. We rijden nog een klein uurtje verder en komen bij een hostel del sal aan, een hostel die geheel uit zout bestaat. Ik lik uiteraard even aan de muur en de tafel om dit te bevestigen. Omdat we nog even moeten wachten op het eten zie ik Tom alweer een berg oprennen die achter het hostel staat. We klimmen naar een mooi hoog stukje, maar daar komen we erachter dat de berg maar door blijft lopen en het slimmer is om nu terug te gaan. We lopen nog even een stuk de zoutvlakte op, waar we al vrij snel absolute stilte ervaren. Het is zo stil, dat je een soort zachte piep in je oren krijgt. Na het eten spelen we de rest van de avond blufpoker (een spel met dobbelstenen) met onze groepsgenoten. Juan, onze gids, verlaat de kamer al vrij vroeg in de avond en meldt ons dat hij ons om 05.30uur wakker zal maken, om de zonsopgang te zien. Ik ga rond 23.00 uur voordat ik mn bed in kruip nog even naar buiten en zie de mooiste en helderste sterrenhemel.
Ik word rond 05.20 wakker en besluit nog even te wachten totdat Juan op onze deur klopt. Dit gebeurd echter niet en daarom ga ik zelf maar mijn bed uit. Ook alle andere groewpsleden zijn inmiddels wakker en nu is het wachten op onze gids, die nergens te bekennen is. We krijgen inmiddels wel ontbijt voorgeschoteld door de vrouw van het hostel, maar Juan komt pas rond 07.00 opdagen zonder iets te zeggen. We vragen een paar keer wat er is gebeurd, maar daar komt niet echt een antwoord op. Als we in de auto stappen en beginnen te rijden hoor ik Andries aan mij vragen of het klopt dat hij een alcohol geur ruikt. Ik dacht op dat moment precies hetzelfde en de dampen die van Juan afkomen zijn zo sterk, dat ik zelfs bang ben dat ik hier dronken van kan worden. Hij weet ons echter het eerste half uur nog redelijk over de brede wegen te leiden. Daarna hoor ik dat onze duitse dame licht in paniek raakt achter mij, omdat ze in de spiegel van de auto kan zien dat Juan steeds in slaap valt. We raken een paar keer een grote steen en half van de weg af, maar ik maak me nog niet echt druk, aangezien deze man niet harder dan zo’n 20km per uur rijdt en ik wel een beetje actie kan gebruiken. We worden afgezet in een dorpje waar we een kwartiertje de tijd krijgen om fotos te maken van lama’s . Als we de auto zoeken, blijkt hij niet meer op dezelfde plek te staan, maar na een tijdje zoeken komen we toch weer bij onze Juan terecht. De duitse dame begint nu echt boos te worden en neemt het initiatief om Juan ermee te confronteren met haar schelle harde stem. Juan antwoordt hierop met: ‘soy tranquilo, no hay problemas’. Waardoor de duitse dame een kleine ruzie aan het starten is. Op dat moment komt een jongen van een andere groep naar ons toe en zegt dat we de chauffeur beter even de tijd kunnen geven om te onnuchteren. Zij hebben immers hetzelfde probleem, wat bij hen al heeft geleid tot het raken van een stapel stenen langs de kant van de weg. Ik kan alleen maar genieten van alle emotie die hier aan bod komt en er verschijnt zelfs een kleine glimlach op mijn gezicht. We rijden verder en Andries besluit voorin te gaan zitten om Juan wakker te houden. Juan is waarschijnlijk aangedaan of serieuze last van zijn kater/dronkenschap, dat hij de rest van de dag geen woord meer zegt. Af en toe zie ik hem met zijn hoofd uit het raam hangen om zichzelf wakker te houden, maar aangezien hij dat ook een keer probeert met het raam dicht heb ik nog steeds niet zoveel vertrouwen in deze man. We komen bij verschillende meren waar we de flamingo’s kunnen bezichtigen. Ook komen we langs de bekende boom van steen. Laat in de middag komen we levend aan bij het lago rojo (het rode meer), waar we zullen overnachten. Na een kleine wandeling hebben we nog even tijd voor het spel dat ons gister veel plezier heeft opgeleverd, wat gevolgd wordt door een matig maal. Tijdens het eten verschijnt Juan dan aan onze tafel. Hij heeft een tijdje geslapen en is er achter gekomen dat hij niet professioneel heeft gehandeld vandaag. Hij biedt zijn excuses aan en probeert ons over te halen niks tegen het reisbureau te zeggen. Daarnaast verteld hij ons dat hij ons morgen om 04.00uur wakker zal maken om de zonsopgang vanaf de geysers te zien. Ik moet het nog maar afwachten…
Om 04.00uur wordt er dan daadwerkelijk op onze deur geklopt (niet door zwarte piet), en is onze Juan nuchter en wel al wakker en klaar om te gaan. Ik heb eigenlijk niet echt goed geslapen op het zeer matige bed en spring meteen uit m’n bed, met de kleren die ik nog draag sinds gister. We wachten even tot de rest van de groep klaar is en komen een uurtje later aan bij de indrukwekkende geysers, waar ik de kans krijg om even heerlijk de zwavel dampen in te ademen. We vervolgen onze weg naar de Aquas Calientes (warme wateren), waar we even kunnen zwemmen in een heerlijk warm natuurbad. Na het ontbijt nog even langs het ‘lago verde’ (groene meer) en dan naar de grens van Chili. Hier zullen we afscheid nemen van Or en het duitse stel, die hun reis voortzetten richting San Juan. Er was ons beloofd door de dame in het reisbureau dat de terugweg lekker ruim voor ons zou worden, aangzien er drie mensen afgezet werden bij de grens. Dit blijkt echter niet waar te zijn, want er komen drie spanjaarden in onze auto richting Uyuni. Tom is helemaal teleurgesteld, aangezien ons ook was beloofd dat er niet samengewerkt werd met andere touroperators, wat wel het geval bleek te zijn. Ik zag bij de grens een bordje met 45km naar San Pedro en begin spijt te krijgen van onze beslissing om 8uur terug te rijden naar Uyuni. Als ik nu, te laat, mijn lonley planet erbij pak, zie ik dat het sneller was geweest om via Chili naar Argentinië te gaan (welgeteld 12 uur sneller). Als ik mijn frustratie aan Tom duidelijk maak, merk ik dat dit voor mij genoeg is om te accepteren dat wij een omweg maken. We komen terug in Uyuni en lopen naar het reisbureau om onze backpacks op te halen. De vrouw van het reisbureau vraagt hoe het was en ik zie dat Tom het vuur opent met wat kritisch commentaar. Hij laat het gedrag van onze Juan achterwege, maar ik vind niet dat het verantwoord is om hier niks over te melden. Helemaal na het verhaal van Or, dat er een tijdje terug 2 jeeps op elkaar geknald zijn op de Salar, waarbij iedereen was omgekomen. Een verhaal wat in eerste instantie onlogisch lijkt te zijn, aangezien het zo’n gigantisch grote open vlakte is. Ik vertel de vrouw van het reisbureau hoe Juan zich heeft gedragen, maar ze lijkt niet echt onder de indruk van mijn klacht (misschien door de rustige manier waarop ik dit duideljk maak. Ik ben er wel achter dat je écht boos moet worden en moet gaan schreeuwen wil je serieus genomen worden). We wachten even af, aangezien de vrouw begint te bellen, maar vervolgens loopt ze weg. Als ze terug komt zitten er meer toeristen in het reisbureau en ik vertel ze over onze ervaringen met onze gids, maar vertel er ook bij dat ze zelf hun beslissing kunnen maken over welk reisbureau ze kiezen. De vrowu van het reisbureau vindt het niet cool dat ik met haar klanten praat en verzoekt mij vriendeljk doch dringend het reisbureau te verlaten. Inmiddels is Juan erbij gehaald en wordt mij gevraagd of ik nog iets met hem wil bespreken. Ik reageer hier eindelijk met een gemaakte boze stem op dat ik niks met Juan hoef te bespreken, omdat hij niet mijn probleem is, maar het probeelm van het reisbureau en dat zij maar moet zien wat ze met hem doen. Ik zie dat er bij Juan opgelucht een kleine glimlach op zijn gezicht verschijnt, waarna hij mij bedankt.
We moeten de rest van de avond wachten totdat onze trein vertrekt (02.30uur) en we belanden in een cafétje waar we al vrij snel worden vergezeld door andere backpackers. Tom had liever even tijd voor zichzelff en ook is wat net begonnen met het schrijven van dit verslag. Als de eigenaar mijn gitaar ziet, vraagt hij mij of ik anders wat wil spelen op zijn gitaar met versterker en microfoon. Ik zie dit als een mooie ontsnapping aan de verhalen van de andere backpackers en speel zo bijna de hele avond alle soorten muziek.
De trein arriveert ron 13.00uur de volgende dag in Villazon, waar we meteen worden belaagd door mensen die buskaartjes willen verkopen. We lopen mee en komen zo bij een bureau aan de kant van Bolivië. We kopen een kaartje voor de bus van 15.00uur naar Salta (ongeveer 7 uur). Omdat we denken nog genoeg tijd te hebben, gaan we wat eten. Als snel blijkt dat we eerst de grens over moeten, waar nog een lange rij staat. Na een beetje zielig kijken en voordringen, zijn we dan precies om 15.00uur op het busstation. Opgelucht lopen we het bureau binnen van onze busmaatschappij, waar de dame achter de balie leuk op de klok wijst dat het hier 16.00uur is en dat de bus een uur terug is vertrokken! We hebben geen rekening gehouden met het tijdsverschil, maar kunnen gelukkig een kaartje kopen voor een bus die op dat moment vertrekt naar Salta. Een kleine financiële tegenslag, omdat we nu twee keer een kaartje hebben moeten kopen (die hier aanzienlijk duurder zijn dan in Bolivië), maar als ik eenmaal in de bus zit ben ik toch blij dat we niet nog langer hoeven te wachten….

  • 17 November 2009 - 09:50

    Derk:

    Weer een super geestig verhaal.. Ik ga er steeds meer naar uitzien om ze te lezen.. De onderkoelde humor en gevoel voor onzinnige, maar daardoor geestige details is legendarisch.. Have fun!

  • 17 November 2009 - 12:43

    Mamashanti:


    Ik vindt het knap hoe jullie met
    vervelende situaties omgaan.
    Positief blijven denken en in de
    goedheid van onze medemens
    blijven geloven.
    Ik ben bang dat ik niet zo rustig was gebleven,ook was ik niet verder gaan reizen met een
    straal bezopen chauffeur.

    Weer genoten en gelachen
    van je verhaal.

  • 17 November 2009 - 16:53

    Pa & Ma:

    En de verhalen worden steeds langer en steeds spannender! Geweldig mooi wat jullie allemaal meemaken. En zwaar beladen van al het zilver wat jullie zelf gedolven hebben? Blijven genieten en in Argentinie natuurlijk wel de tango leren he! Dikke kus

  • 17 November 2009 - 17:22

    Tam:

    Mooi om te lezen hoe rustig jullie blijven en hoe uiteindelijk alles ook goed komt. Je kunt het allemaal ook zo spannend omschrijven, zorgt ervoor dat ik niet kan wachten tot ik weet hoe het stuk afloopt.

  • 18 November 2009 - 13:10

    Elske:

    hey Makram!
    Wow wat een reisverslagen! We missen je met kickboxen, maar jij ons natuurlijk niet!
    grz elske

  • 18 November 2009 - 15:41

    Laura:

    Hahaa, geweldig.
    Wat dacht je van een boek schrijven meneertje ;)

    Kussie

  • 18 November 2009 - 20:46

    Ome Wim:

    Misschien is het verstandig om de volgende trip te boeken bij een reisbureau met het ANVR logo.
    Alle ANVR-touroperators zijn namelijk aangesloten bij Stichting Calamiteitenfonds Reizen.
    Dit betekent dat, in het geval zich een calamiteit voordoet tijdens je vakantie,je de kosten vergoed krijgt. :-)

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Bolivia, Uyuni

Zuid Amerika

South America

Recente Reisverslagen:

28 Januari 2010

Contrast

17 Januari 2010

Look into my Eyes

04 Januari 2010

It starts with...

24 December 2009

Communicatie

17 December 2009

Fin del Mundo
M.

Actief sinds 12 Aug. 2009
Verslag gelezen: 56
Totaal aantal bezoekers 36805

Voorgaande reizen:

25 September 2014 - 17 Augustus 2015

Facing Life and Death

20 Augustus 2009 - 28 Januari 2010

Zuid Amerika

Landen bezocht: